wettelijke rente

Update verhoging wettelijke rente: wat zijn de gevolgen voor de erfbelasting?

Update verhoging wettelijke rente: wat zijn de gevolgen voor de erfbelasting?

7 augustus 2023

wettelijke rente

Eerder informeerden we je dat de wettelijke rente per 1 januari 2023 is aangepast. Deze aanpassing zou onder andere effect hebben op de hoogte van de percentages belastingrente. Wat zijn de gevolgen? En waar moet jij op letten?

Verhoging wettelijke rente

De wettelijke rente voor handelstransacties is gestegen naar 10,5%. De wettelijke rente voor niet-handelstransacties is per 1 januari 2023 verhoogd van 2% naar 4%. Per 1 juli 2023 is deze rente opnieuw gestegen naar 6%.

 

Wat zijn de gevolgen van de belastingrente?

Het percentage belastingrente voor de overige belastingen, waaronder de erfbelasting, is gekoppeld aan de wettelijke rente voor niet-handelstransacties met een minimum van 4%. De eerdere aanpassing van de wettelijke rente voor niet-handelstransacties op 1 januari 2023 had geen invloed op het percentage belastingrente voor de overige belastingen. Per 1 juli 2023 stijgt de wettelijke rente voor niet-handelstransacties opnieuw, nu naar 6%. Hierdoor zal het percentage belastingrente voor de overige belastingen vanaf 1 juli 2023 eveneens stijgen van 4% naar 6%.

 

Het percentage belastingrente voor de vennootschapsbelasting is gekoppeld aan de wettelijke rente voor handelstransacties. Eerder is naar buiten gekomen dat het percentage belastingrente dat verschuldigd is over de aanslag vennootschapsbelasting met ingang van 1 maart 2023 zou worden verhoogd van 8% naar 10,5%. Het kabinet heeft nu echter besloten het percentage belastingrente voor de vennootschapsbelasting per 1 maart 2023 toch niet te verhogen naar 10,5% maar dit percentage voor nu 8% te laten. Reden is dat het kabinet deze verhoging op dit moment niet wenselijk vindt. De percentages van de belastingrente zullen later dit voorjaar opnieuw worden bekeken. Daarnaast wordt er momenteel onderzoek gedaan naar de systematiek rondom belastingrente, waarbij ook de percentages worden onderzocht.

 

De belastingrente kan een behoorlijke kostenpost vormen, waardoor het loont om deze zoveel mogelijk te voorkomen.

 

Voorkom belastingrente bij een nalatenschap

Over een aanslag erfbelasting wordt in de volgende gevallen belastingrente berekend:

  • Indien de aangifte erfbelasting niet binnen acht maanden na de overlijdensdatum is ingediend of acht maanden nadat een tweetrapsmaking is
  • Indien de aangifte erfbelasting onjuist of onvolledig is.
  • Indien de definitieve aanslag afwijkt van de aangifte erfbelasting.

 

Bij de afwikkeling van een nalatenschap kan de termijn van acht maanden te kort blijken om een volledige aangifte erfbelasting in te dienen. Om de belastingrente dan zoveel mogelijk te beperken kan binnen deze termijn een voorlopige aanslag erfbelasting aangevraagd worden. Het is belangrijk om een goede schatting te maken. Indien de voorlopige aanslag te laag blijkt te zijn, is over het verschil belastingrente verschuldigd. Blijkt de voorlopige aanslag te hoog, dan wordt de teveel betaalde erfbelasting terugbetaald zonder vergoeding van belastingrente.

 

Arrest berekening belastingrente

In dit kader is het overigens interessant te benoemen dat de Hoge Raad in november 2022 een arrest heeft gewezen over de berekening van de belastingrente. Het ging in deze zaak om een belastingplichtige die in januari 2016 een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2016 had betaald. In maart 2018 is deze aanslag vervolgens verminderd naar aanleiding van de door belastingplichtige gedane aangifte. Als gevolg hiervan ontvangt belastingplichtige op 24 maart 2018 een teruggave. Na een boekenonderzoek en een herziene aangifte wordt de voorlopige aanslag in september 2018 echter weer verhoogd. Belastingplichtige is over de verschuldigde belasting belastingrente verschuldigd, welke is berekend over de periode van 1 juli 2017 tot en met 3 november 2018.

 

Belastingplichtige is van mening dat bij de berekening van de belastingrente rekening moet worden gehouden met de periode waarin de belastingrente al op de rekening van de Belastingdienst stond. De Hoge Raad stelt belastingplichtige in het gelijk. De belastingrente mag slechts over de periode van 25 maart 2018 tot en met 3 november 2018 worden berekend.[1] In een recenter arrest van januari 2023 oordeelt de Hoge Raad onder verwijzing naar voornoemd arrest overigens opnieuw dat geen belastingrente mag worden berekend over de periode, waarin de Belastingdienst vanwege de betaling van de eerste voorlopige aanslag al beschikte over het bedrag waarover de belastingrente is berekend. Het is goed voorstelbaar dat deze arresten ook toegepast kunnen worden op de belastingrente die verband houdt met erfbelasting.

 

Rente wettelijke verdeling

De wettelijke rente heeft niet alleen invloed op de hoogte van de belastingrente. Ook bij de afwikkeling van de nalatenschap moet soms rekening gehouden worden met de wettelijke rente. Indien de erflater een echtgenoot en kinderen nalaat en geen testament heeft opgemaakt geldt de wettelijke verdeling. Bij de wettelijke verdeling in het erfrecht verkrijgt de langstlevende echtgenoot de erfenis. De kinderen krijgen vervolgens een niet direct opeisbare vordering in geld ter grootte van hun erfdeel op voornoemde langstlevende. Over deze geldsom is de langstlevende jaarlijks een percentage aan ‘rente’ verschuldigd dat overeenkomt met de wettelijke rente, voor zover dit percentage hoger is dan 6%. Ook na de verhoging van de wettelijke rente voor niet-handelstransacties per 1 januari 2023 van 2% naar 4% blijft dit percentage onder de 6%. Bij de wettelijke verdeling kan derhalve nog steeds worden uitgegaan van een percentage van 0%.[2]

 

Tot slot

Heb je te maken met een overlijden en wil je graag weten wat Joanknecht voor je kan betekenen bij de afwikkeling van de nalatenschap en het opstellen van de aangifte erfbelasting? Neem dan contact op met een van onze estate planners.

[1] Belastingrente kan wel worden berekend over de periode tussen de dagtekening van de aanslag en de uiterste datum waarop deze moet zijn betaald.

[2] Van dit percentage kan overigens worden afgeweken door de echtgenoot en kinderen tezamen.