samen maken we toekomst | zomer 2019
“HT is aanvankelijk ingevoerd voor grote multinationals”, begint Dennis zijn verhaal. “Zij hebben vaak eigen fiscalisten in dienst en hanteren allerlei interne controlemechanismen. Daar zitten al zo veel checks and balances in, dat voor dit soort bedrijven HT goed werkt. Voor de Belastingdienst is het voordeel dat minder capaciteit nodig is voor de controle van de ingediende aangiften. Deze bedrijven sluiten individuele HT-convenanten met de Belastingdienst. Joanknecht heeft uiteraard ook klanten met een individueel convenant en wij zijn uitstekend in staat om daarin een actieve faciliterende rol te spelen. Na verloop van tijd hebben zich ook steeds meer mkb-bedrijven bij de Belastingdienst gemeld voor HT. Bedrijven die de fiscale kwaliteitsbewaking in mindere mate in huis hebben en daarvoor zijn aangewezen op hun adviseurs. Als reactie hierop kwam de Belastingdienst met het idee dat het mkb wel gebruik kan maken van HT, maar alleen via een financiële dienstverlener die een HT-convenant heeft met de Belastingdienst.” Patrick: “De gedachte is dan dat wij als Joanknecht een HT-convenant afsluiten, waarbij de uitdrukkelijke intentie wordt uitgesproken om zoveel mogelijk klanten aan te gaan melden voor aansluiting op dit HT-convenant.” FAST TRACK Op dit moment is een doorontwikkeling van HT voor met name het mkb in de maak, met het idee dat het ondertekenen van een HT-convenant aantrekkelijker wordt. Een van de voorgestelde afspraken is dat bedrijven binnen HT voorrang krijgen in een soort fast track. Patrick: “Daarmee probeert de Belastingdienst HT ook nu al te promoten, maar ik vind dat op deze wijze met twee maten wordt gemeten.” MINDER BOEKENONDERZOEKEN? Dennis: “Ik kan me van een klant wel voorstellen dat hij of zij denkt: ‘die snellere behandeling en minder boekenonderzoeken, dat zie ik best wel zitten’. Dat klinkt als muziek in de oren natuurlijk. Echter, wat ik in de praktijk meemaak is dat juist voorafgaand aan het sluiten van een individueel HT-convenant een complianceverkenning wordt gedaan bij de klant. Het wordt een complianceverkenning genoemd, maar eigenlijk is het gewoon vergelijkbaar met een boekenonderzoek. Dit leidt dus ook tot extra kosten voor de ondernemer.” Bij aansluiting van een individuele klant op een te sluiten kantoor-HT-convenant zou hetzelfde gelden. Patrick vult aan: “Daar komt bij dat de meeste ondernemingen gemiddeld genomen één keer in de twintig jaar in aanmerking komen voor een boekenonderzoek. Dus hoeveel minder controles wil je hebben?” KANSEN BENUTTEN Dennis: “Wij zoeken natuurlijk altijd adviesmogelijkheden voor onze klant. Daarbij hanterenwij een zeer duidelijke grens: wat niet op basis van de fiscale wetgeving verdedigbaar is, dat komt bij ons niet in een aangifte terecht. Zaken waarvan we verwachten dat er wellicht discussies over ontstaan, zijn van een ander kaliber. In dat geval bespreken wij met een klant of we vooroverleg met de Belastingdienst plegen, ter voorkoming van discussie achteraf. Een klant mag van ons verwachten dat we kansen benutten. Het is onze taak advieskansen te benutten en risico’s te voorkomen. Met HT voelen wij ons vooralsnog te veel belemmerd in onze vrijheid om advieskansen die op basis van de wet mogelijk zijn, te benutten.” Patrick: “Precies. We hebben dan niet meer de keuze om zelf een pleitbaar standpunt in te nemen bij een aangifte. Nu kunnen we kiezen voor een standpunt dat verdedigbaar is en mocht de Belastingdienst het daarmee uiteindelijk niet eens zijn, dan kunnen we daarover desgevraagd alsnog overleg voeren. Bij HT zijn we altijd verplicht om standpunten waarover mogelijk verschil van inzicht kan bestaan, vóór het indienen van de aangifte voor te leggen aan de Belastingdienst en nee is dan nee. Daarna resteert alleen nog de gang naar de rechter om het ontstane geschil te beslechten.” TWEESPORENBELEID Dennis: “Ik ben ervan overtuigd dat goed contact met de Belastingdienst, zoals wij dat nu hebben, het belangrijkste is om goed voor je klant te kunnen werken. Wat we beginnen te zien is dat meer en meer een tweesporenbeleid wordt gehanteerd: partijen in HT wordt een snellere afwikkeling beloofd en het aanbrengen van correcties gaat in onderling overleg. Dat laatste is nog de vraag, want in het HT-convenant ligt niet vast hoe wordt omgegaan met correcties en de inzet van andere voor de Belastingdienst beschikbare machtsmiddelen, zoals navorderingsaanslagen en boetes. En daar zit voor een deel ook de crux. HT-convenanten zijn vaag geformuleerd, maar impliciet wordt heel veel van de ondernemer en de adviseur verwacht. Anderzijds doet de Belastingdienst geen afstand van de beschikbare machtsmiddelen.” “Gelijke gevallen moeten gelijk behandeld worden” ~ Patrick 7
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy MzI1NjM=